Belgische première van Ólafur Arnalds smaakt naar meer (****)
Soundtrack bij een film die nog gemaakt moet worden
Dirk Steenhaut (De Morgen)
ASSE. Wie donderdagavond het eerste Belgische concert van Ólafur Arnalds (21) heeft meegemaakt, zal het ongetwijfeld voortvertellen. Net zoals Max Richter en Johann Johannsson bewandelt de jonge IJslandse componist de dunne strook tussen rock, elektronica en hedendaags klassiek.
De setting was alvast ideaal: ‘t Smiske is een oude smidse in hartje Asse die inmiddels tot een klein maar knus kunstencentrum is omgebouwd. Nooit eerder hadden Ólafur Arnalds, zelf aan piano en laptop, en zijn strijkkwartet hun melancholische, zeg maar elegische muziek ten gehore gebracht bij een knapperend haardvuur. Die huiselijke sfeer droeg ongetwijfeld bij tot de magie van het moment.
Arnalds studeert momenteel dan wel compositie aan het conservatorium van Reykjavik, hij is ook actief als drummer bij hardcorebands als Fighting Shit en I Adapt en beroert diverse instrumenten bij het folkrockduo My Summer as a Salvation Soldier. De muziek die hij onder zijn eigen naam brengt, is echter van een heel andere orde. Ze laat zich nog het best omschrijven als de romantische soundtrack bij een film die nog gemaakt moet worden.
Een deel van het programma omvatte epische stukken uit zijn eerder dit jaar bij een Duits label verschenen debuut-cd Eulogy for Evolution. Het is een fraaie cyclus rond leven en dood waarin elegante, klassieke thema’s soms bruusk worden verstoord door mokerende drums en een grofkorrelige gitaar. Om die reden wordt zijn werk wel eens indie-classical genoemd.
Voor de andere helft van de set werd geput uit de binnenkort te verschijnen ep Variations of Static. Dat materiaal, met gesamplede kinderstemmen, gemanipuleerde laptopgeluiden en elektronische beats, was iets minimalistischer van aard. Nu eens kwamen de violen aanrollen als golven die op het strand te pletter sloegen, dan weer werd het ademloos luisterende publiek warm toegedekt met langerekte, haast statische klanken die tegelijk fragiel en dromerig aandeden.
Arnalds is een wonderkind dat al sinds zijn vijfde muziek maakt. Dat doet hij met een souplesse en een vanzelfsprekendheid die ontzag afdwingen. In Asse liet hij tijdens de bissen nog even zijn rockachtergrond doorschemeren met een verrassende cover van ‘Marching Bands of Manhattan’, uit het songbook van Death Cab for Cutie. U hebt nog nooit van Olafur Arnalds gehoord? Geen nood, daar zal dra verandering in komen.
Ólafur Arnalds is op 12 januari 2008 nog te zien in Cultuurhuis Maison in Maldegem en concerteert volgend voorjaar tijdens het Iceland on the Edge festival van AB en Bozar.
Source: Folkroddels.be www.folkroddels.be/artikels/36730.html
Photographs by Wim Van Hooste.
Engin ummæli:
Skrifa ummæli